Moestuinieren en groente van de lokale boer. Dat dit een groeiende trend is zal niemand zijn ontgaan.

Burn-out herstel en het nemen van een burgerinitiatief gaan niet altijd goed samen. Ondanks dat ik veel te maken heb met mensen via sociale media komt dit onderwerp zelden naar voren. Dat verbaast me, omdat er zo veel mensen met burn-out klachten zijn die graag weer aan de slag willen, via een werkgever of met een eigen initiatief. Is het zo’n taboe dan? Ik voel het wel zo en wil dit -in ieder geval voor mezelf- doorbreken.

Wanneer je als zieke werknemer ontslagen wordt voordat de diagnose burn-out is gesteld, krijg je maken met allerlei regels en wetten die herstel bemoeilijken. Indirect zorgen die regels er ook voor dat het nemen van een burgerinitiatief en publiek ondernemerschap moeilijker wordt. In dit blog onderzoek ik in algemene zin een aantal van deze knelpunten en ga op zoek naar een mogelijke oplossing. De links verwijzen naar externe websites met nuttige achtergrondinformatie.

Burn-out is een typisch arbeidsgerelateerde ziekte en kan ontstaan door o.a. langdurige onderwaardering, overbelasting of geweld. Voor het opstellen van een herstel of re-integratieplan moeten de risicofactoren in kaart worden gebracht. Wanneer deze factoren zijn weggenomen kan er snel op de werkvloer worden teruggekeerd. Bij burn-out kan snel re-integreren heel positief uitwerken en kan uitval worden voorkomen of beperkt. Helaas wordt bij zieke werknemers een burn-out niet altijd herkend of wordt er zelfs een foute diagnose en hulp  gegeven. Het risico bestaat dat na terugkeer op de werkvloer een situatie ontstaat waardoor de weg naar ontslag open komt te staan. En met ontslag wordt niet alleen de financiële situatie anders, ook is de weg naar snelle re-integratie weggevallen.

Meer dan een miljoen Nederlanders hebben burn-out klachten. Als ik de berichtgeving hierover mag geloven krijgen veel werknemers met burn-out klachten te maken met ontslag voordat de diagnose is gesteld. De persoonlijke gevolgen hiervan zijn enorm omdat de burn-out klachten dan verergeren, mogelijk zelfs blijvend worden. Ook worden de kansen op de arbeidsmarkt zienderogen kleiner naarmate de uitval langer duurt. Op dit moment voorziet het UWV niet in een loket om mensen in deze specifieke situatie snel de juiste hulp en begeleiding aan te bieden.

Dit blog schrijf ik voor een groot deel uit eigen ervaring. Mijn keuze was om, bij gebrek aan re-integratieplek, om me volledig te richten op mijn eigen interesses en daar op mijn eigen manier energie in te vinden, zonder rekening met anderen te hoeven houden. Dit vereiste radicale keuzes ten aanzien van mijn toekomst. In plaats van me terug te trekken besloot ik me juist zo zichtbaar mogelijk op te stellen en me te profileren. Mijn oude ambitie stedenbouw met ecologie die ik ooit heb opgegeven heb ik weer opgepakt. Hoewel ik niet over de benodigde ‘opleiding’ en ‘werkervaring’ beschik om hier werk in te vinden, heb ik voldoende andere kennis en ervaring opgedaan om een burgerinitiatief te lanceren voor groene duurzame steden, decentralisaties en transities. Maar omdat mijn situatie me erg beperkt in middelen om o.a. cursussen/opleiding te volgen, deel te nemen aan netwerkactiviteiten of de aanschaf van de zeer noodzakelijke laptop, is het moeilijk om me te verbinden met die mensen en organisaties die me inspireren en weer kracht geven.

Een andere barrière die ik ervaar is de eisen die aan burgerinitiatieven worden gesteld om er steun voor te kunnen vragen of om samenwerkingen aan te gaan. Als ik vanuit mijn ‘groene stads-ambassadeursrol’ zou gaan ondernemen om mijn situatie te veranderen, kan ik in de knoei komen met de beoordelingen van het UWV en dat risico kan ik niet nemen. Daarentegen vereisen veel partners, vaak (semi) overheden, juist wel een professionele rol van mij omdat mijn ’werk’gebied in feite publiek ondernemerschap is. ‘Ze’ willen werken met een bedrijf of andere formele vorm in plaats van samenwerken met mij als bevlogen en gemotiveerd individu. Deze kaders staan ondernemerschap in de weg, maar ook de mogelijkheid om een initiatief door de overheid te laten  faciliteren.

Uitleggen aan gesprekspartners waarom ik niet kan en mag ondernemen en eigenlijk gewoon zo snel mogelijk een passende werkervaringsplaats nodig heb voor burn-out herstel, is een ondoenlijke missie gebleken.  Dit is best demotiverend en heeft veel energie van me gevraagd. Hierin komt misschien pas over een jaar verandering, als mijn twee jaar ziektewet er op zit. Maar ook daarna blijven uiteraard veel onzekerheden bestaan. Onzekerheden die niet bevorderlijk zijn voor burn-out herstel.

De beperkte middelen, het ontbreken van de gewenste zakelijke vorm, het haast niet uit te leggen verhaal en gezondheid maken het moeilijk om aan herstel te werken zoals ik dat zou willen.  Hier heb ik persoonlijk nadeel van, maar dreigt ook mijn burgerinitiatief te laten stranden. Voor nu kan ik alleen maar hopen dat de overheid gaat inzien dat als ze bottom-up burgerinitiatieven echt gelijke kansen willen geven, uit gegaan moet worden van het welzijn van de initiatiefnemer en/of vrijwilliger. In plaats van vooraf te beoordelen of een burgerinitiatief wel past binnen de kaders die de overheid denkt te moeten stellen voor geslaagde transities en een vitale gemeenschap.

Dit vergt niet alleen een speciaal loket bij het UWV, maar ook een omslag in de mindset van de WMO die m.i. nog teveel gericht is op verzorgen en te weinig op het weer in hun kracht zetten van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

De links nog eens op een rijtje

Leave a Reply